
maandag 13 juli 2009
茶道; Een Tijd Een Ontmoeting

dinsdag 7 juli 2009
Bamboe, Beesten, Bowlen!


dinsdag 16 juni 2009
Geintjes en Feitjes
Wederom ben ik schuldig aan een knap staaltje neglect.. was het weer eens mijn maandelijkse writer's block? Of toch gebrek aan tijd? Haha, wat die laatste optie betreft, laat me niet lachen! Hoe dan ook, het leek me weer tijd voor een update betreffende mijn whereabouts in mei en juni!
Qua huiswerk is het een beetje drukker geworden, omdat we gedwongen worden wat quasi-wetenschappelijk onderzoek te verrichten. Dit houdt eigenlijk in dat we met het thema Japan aan de slag moeten, een paper van 3000 kanji schrijven en het vervolgens moeten presenteren voor een x-aantal mensen door middel van PowerPoint. Het wetenschappelijke niveau is a la 'mijn cavia' zoals we weleens allemaal op de basisschool hebben moeten doen, maar ik kon het daadwerkelijk niet over mijn hart verkrijgen om zonder onderzoeksvraag aan de slag te gaan! Voetnoten ging me iets te ver, want ik blijf een lui dier, maar mijn onderzoek heeft me wel een paar zondagmiddagen beziggehouden..
Wat doe ik dan allemaal voor quasi-wetenschappelijks? Ik "onderzoek" de popularisering van de yukata (de lichte, Japanse zomerkimono die oorspronkelijk als badkleding na de hete-bron of sentou fungeerde) en de redenen voor de verspreiding van deze boom onder de Shibuya-gyaru en Osaka-gyangustaa. Nou heb ik mijn paper af en ben ik er best tevreden over, maar toch heb ik het idee dat ik van de universiteit naar de onderbouw van de middelbare school ben gedegradeerd..
Hoe dan ook, mijn schrijfvaardigheid is best wel vooruit gegaan. Ik merk dat mijn geschreven Japans echt structuur en een eigen stijl heeft gekregen, wat mij een gelukkig mens maakt.
Qua spreekvaardigheid zijn er onzekerheden, domme uitspraken en nerveuze ratelingen, maar het is uiteraard beter geworden. In luistervaardigheid ben ik geen ster en volgens Glynis ben ik gewoon een beetje doof, want er zijn nog steeds momenten waarbij ik echt niet weet waar de fok het gesprek over gaat. Frustrerend, en om die reden probeer ik braaf, iedere dag, het Japanse nieuws te volgen..
Over nieuws gesproken, de zogenaamde varkens-griep of buta-influenza schijnt zich aardig te verspreiden in Japan. Nou is de broedplaats van het virus Osaka, een stad waar ik nog keihard heel wil, maar het werd ons sterk afgeraden om naar deze Yazuka-hoofdstad af te reizen. Misschien is Japan wel het land der paranoia of precautions, want voor de ingang van de International Center staan nu pompjes met desinfecterend spul, zodat wij goorlappen onze handjes kunnen reinigen.
Ik vrees de pandemie niet echt, ik vind het gewoon frustrerend dat ik niet in Osaka zou kunnen rondbanjeren zonder zo'n afzichtelijk masker.
Frappant, frappant.. in juni is het trouwens regenseizoen in Japan. Niks van gemerkt though, ondanks het feit dat ik van iedere Japanner te horen heb gekregen dat het echt extreem hard plenst in Nagasaki en dat ik ook eens een paar van die osshare regenlaarzen zou moeten aanschaffen. Op een gegeven moment regende het bizar hard en had ik college.. hoewel de neiging om te blijven knorren in mijn bed sterk was besloot ik op rubberen slippers naar de uni te lopen. Hoewel ik me enigszins hippie en zwerver-ish voelde kreeg ik in de gaten dat ik mijn lesje sinds de tropische regenbuien op Okinawa wel had geleerd, want niets is verschrikkelijker dan natte schoenen/sokken lopen.
Naast het verkleden als een hobo doe ik ook andere dingen, zo is vrijdag sinds een maand geleden omgedoopt tot Sushi Friday waarbij ik samen met Glynis naar de lekkerste en goedkoopste sushitent van heel Nagasaki ga. Onder het genot van schreeuwende, mannelijke sushi-koks schuiven wij heerlijke zalmpjes, inktvisjes en andere zeemonsters in onze charmante, vrouwelijke giecheltjes en lurken we aan wat goddelijke groene thee. Met onze aandacht voornamelijk op de leuke koks gericht babbelen we over van alles en nog wat en komen we bij na onze "zware" week. Na een gemiddelde stapel van een bordje van negen, rekenen we puffend af, zwaaien we naar de vrolijke heren en begeven we ons te voet naar het winkelcentrum Amyu Plaza. Wat daar spannend aan is? De ijstent! Damn you, Baskin Robbins met je gigantische assortiment aan ijs.. Daarna slaat het schuldgevoel toe en beginnen we aan onze twee-uur durende reis naar huis. Uiteraard met de benenwagen!
Verder.. ontwikkel ik samen met Martijn wat pedagogische vaardigheden op de maandag als we een groep blije Japanners op de hoogte brengen van de wondere wereld van de Nederlandse taal.
Dingen zijn zoals ze horen te zijn in Nagasaki. Hoewel ik langzamerhand extreem verdrietig word van mensen die steeds maar blijven herhalen dat ik alweer bijna naar Nederland moet.. hou eens op joh! Het begint langzamerhand wel door te dringen dat ik op een gegeven moment met een gebroken hart op Narita zal staan, terug moet keren naar een land die niet meer als mijn thuis beschouw..
Omdat ik intens verdrietig word van het uitstorten van mijn hart over dit soort droevige thema's .. hier wat leuke, beknopte, feitjes:
- De nampa-teller staat ondertussen op 3
- Op een willekeurige zaterdagnacht hebben ik, Glynis, Sander, Rolf, Jurre en een random Chinees kind een 400m hoge berg dat achter ons huis staat beklommen
- Ik faalde op een gegeven moment wel erg in mijn Japans toen ik bij het postkantoor om een tebukuro i.p.v een fukuro vroeg. (Dat eerste betekent handschoen en de tweede een tasje)
- Ik heb met een hele leuke Japanse gozer (DE Kei) gedate
- Glynis en ik hadden laatst de Power Rangers film gezien, toen was ik erachter gekomen dat ik na al die jaren nog steeds de hots heb voor die groene/witte.
- De Musketier is snorloos
- Je mag in Japan niet in het OV bellen en je wordt zelfs verzocht je mobiel op de zogenaamde "manner-mode" te zetten, maar dit weerhield Sander niet om mij in een overvolle tram te bellen terwijl mijn telefoon op volle volume stond!
- Je mag in Japan op de stoep fietsen en dit houdt in dat ik regelmatig mensen bijna van hun sokken fiets
- Heb je al gegeten rond 18:00? Wat ben jij vreemd zeg, veeels te vroeg. Een gemiddelde Japannert eet gewoon rond 20:00, 21:00 en om middernacht is het ook volkomen done
- Wat sta jij in dat tijdschrift te bladeren? Ga je het kopen of niet?! In Japan zie je mensen uren lang bij het tijdschriften kiosk in allerlei boekjes bladeren.
- Westerse-stijl w.c's hebben een speciale functie om allerlei geluiden te verdoezelen, maar ga daarna niet voor de wasbak je neusje staan poederen omdat je dan een last bent. Dat doe je gewoon bij de speciale spiegels in dezelfde w.c-complex.
- Lekker bruin worden? Welnee, zo lopen de Japanse dames met zwarte zon-paraplu's en dragen ze eventueel mouwtjes om de armpjes te beschermen.
- Hotpants? Kniekousen en torenhoge stripper-schoenen? Volkomen normaal, maar houd je decolleté lekker verstopt!
- Als je afrekent in de super wordt ieder prijsje opgenoemd, vervolgens wordt er gevraagd of het wel goed is als je geld wordt aangenomen.
- Zie je iemand wel zitten? Dan moet je eerst het langzame, pijnlijke proces van de zogeheten "groepsdate" doorstaan, want meteen met zijn tweeën op stap? Jaaa.. doei.
- De gemiddelde Japanse man vindt zichzelf "shy" en dat is vervelend! Damn you vervelende.. irritante.. woest aantrekkelijke.. Japanse mannen!
- Nomunication is tof! (Snap je het? Nee? Nomu is het Japanse werkwoord voor drinken, combineer dat met communication en je krijgt communicatie via drank. Met andere woorden alcohol doet wonderen!)

vrijdag 8 mei 2009
Salut! Ik Zie Izakeya!
Vandaar..
Het is natuurlijk alom bekend dat wij vaste klant zijn bij de Izakaya genaamd Izakeya, maar wat niet zo bekend is dat wij de harten van wat medewerkers voor ons wisten te winnen! Ik, persoonlijk, ben nog steeds op een missie om een bepaald hart voor me te winnen, maar laten we dit in het midden laten.

Is Hide niet de meest gezellige 39-jarige kerel ooit?
Maar, er zijn ook andere dingen in Nagasaki, behalve rondhangen met man-kinderen, gebeurd. Het was 帆船祭り (hansen-matsuri, oftewel het Boten-festival) waarbij boten uit verschillende landen aanmeren in de haven van Nagasaki. Tijdens dit vierdaagse festival werd er ook jammergenoeg regen voorspeld, en het zou slechts donderdag mooi weer zijn.. dus besloten ik, Glynis, Rolf en Sander keihard naar de haven te fietsen om de boel eens flink te onderzoeken.
From Russia with Love
Eenmaal aangekomen was het eerste wat mij opviel de gigantische groepen matrozen. Little did I know.. het waren Russische matrozen. Ik giechelde een beetje toen ze ons passeerden, riep: "Hey Russen!" (in het Russisch) en saluteerde ze. De minderjarige mannen keken om, grijnsden ook een beetje en liepen verder. Toen ik ze later weer tegenkwam kwamen ze een babbeltje met me maken en wilden ook wat kiekjes schieten. Het grappige was dat ik ze vanaf de verte vloekend en scheldend hoorde aankomen en toen ze eenmaal voor me stonden ze ineens heel beleefd U tegen me zeiden.
Soort van solidariteit..
Na dit kleine beetje nationalisme had ik zelf ook een missie; namelijk wat voedsel scoren. Dit lukte aardig, want Glynis en ik besloten om wat gebakken inktvis op een stokje te kopen. Niet lettend op de walgende blikken van Rolf en Sander smaakte het best goddelijk.
Het festival viel qua grootte ietwat tegen, maar ik verwachtte dan ook zoiets als O-kunchi. Niets aan te doen, dan maar in de Starbucks hangen.
De volgende dag stond vuurwerk op het programma, dus besloten we met een grote groep te gaan eten om vervolgens het spectakel te gaan bewonderen. Tja, ik ben het vuurwerk in Scheveningen gewend, dus ik vond het niet zo heel bijzonder, maar desalniettemin.. het was vuurwerk in Japan!
Het regende ook nog eens best flink, maar dat weerhield mij en Matthias niet om daarna nog even langs de 'keya te gaan..
Een dag later besloten ik, Matthias, zijn vriend Tycho en Maaike om Inasayama te trotseren, want Tycho wilde er heen en ik was ook nog niet geweest. Japan heeft drie panoramische uitkijkpunten, en Inasayama is daar een van. Aan de top wordt je beloond met een zogenaamde million dollar view.. en 's nachts zou het helemaal magic zijn.
Na wat gegeten te hebben bij Amyu-plaza zijn we met de kabelbaan omhoog gegaan. Onze timing was subliem, want toen we er om precies 20:50 aankwamen werd er beneden vuurwerk afgevuurd!
Aanschouw!
Na dit schouwspel kon ik met volle moed aan een nieuwe schoolweek beginnen, want een beetje studeren moet ook gebeuren.. soort van.
Ook was mijn bijbaan begonnen waarbij ik samen met Martijn Nederlandse les geef aan Japanners. Wij, tweeën, als docenten.. klinkt als een ware catastrofe, maar we waren harstikke goed in staat om les geven. Ik bezit daadwerkelijk pedagogische kwaliteiten (al zeg ik het zelf) en vind het eigenlijk best wel leuk!
Ten slotte, het was laatst Golden Week in Japan. Zo gaat iedere Japanner reizen, vandaar dat ik geen reservering in Hiroshima kon maken.. ik ben dan ook een last-minute iemand.. balen, maar goed.. ik plan om stiekem een weekendje weg te glippen voordat het regenseizoen in Japan begint.
maandag 6 april 2009
Ellende Begint Weer
Ik heb een nieuwe tutor, dit keer een meisje en geen Masahiro, genaamd Yukina. Ik ben erg benieuwd of ik met haar op kan schieten! Ze studeert economie, houdt van reizen en het bekijken van gebouwen. Klinkt goed.
Hoe dan ook, mijn rooster voor het komende semester: semi-gevorderd, maar meer richting gevorderd dan intermediar. BOOYAH!
Maandag:
Niet bestaand!
Dinsdag:
10:30 - 12:00 Special Course on Japanese
12:50 - 14:20 Lezen
14:30 - 16:00 Opstel
Woensdag:
14:30 - 16:00 Conversatie
Donderdag:
8:50 - 10:20 Kanji
12:50 - 14:20 Lezen (van een hele vette docente genicknamed stoeipoes)
14:20 - 16:00 Rangaku (hoorcolleges over de relatie tussen Nederland en Nagasaki)
Vrijdag:
14:30 - 16:00 Luistervaardigheid
Ik ben een drukke vrouw hoor! Zo ga ik op de woensdagavond Nederlands lesgeven en dans ik op donderdagavond!
vrijdag 3 april 2009
Lena's Nieuwe Liefde
Te voet ging ik richting Kawaramachi/Sanjoo-doori, the place to be om keihard yen te laten rollen. Nou had ik die avond nog niet zoveel yen laten rollen omdat ik simpelweg door de bomen het bos niet meer kon zien. Er was zoveel te zien en er waren bizar veel winkels en warenhuizen. Overwhelming shopping experience!
Na wat voedsel bij de Sukiya was de middag alweer om en had ik met mijn twee gidsen in Kyoto op een zekere locatie afgesproken. Omdat het nog geen tijd was en ik de locatie moest vinden, wilde ik er op mijn gemakje heen lopen. Helemaal zelfverzekerd ging ik natuurlijk keihard de verkeerde kant op, maar toen ik me dat realiseerde gebeurde er iets geks. Een fietser die vlak langs me reed keek verdwaasd om en ik had ook eventjes een zekere wtf-uitdrukking op mijn gezicht. De fietser bleek Adri Rommers te zijn, een student van mijn jaar in Leiden die in Kyoto studeert. Nadat we allebei moesten lachen en zeiden dat het een kleine wereld was wees hij me op het feit dat ik de verkeerde kant op liep. Gelukkig moest hij dezelfde kant op en liepen we babbelend langs Gion, de oude stadswijk. Omdat hij aan de studie moest voor de volgende dag namen we afscheid en ging ik richting mijn locatie.
Het was al relatief laat en omdat zij een curfew hadden moesten we eventjes snel een drankje doen in een decadente bar. Zo belandden we in een vage tent op de tweede verdieping in een smal steegje in Gion. Timor bestelde een maccha-cocktail en het duurde een half uur voordat hij het daadwerkelijk in zijn handen kreeg. Nadat hij eindelijk een langverwachte slok had genomen vroeg ik op keiharde volume of het niet きもい (smerig) was. Gelukkig zaten we maar een meter van de bar vandaan.. echt, ik deed mijn persoon eer aan..
Rond elven namen we afscheid en hadden we voor de dagen daarop ook afgesproken. Eenmaal in mijn hostel was ik brak en ging ik meteen slapen. Mijn futon lag hemels, maar het gesnurk van een Franse vrouw tegenover me was minder..
Op dag twee had ik een heel ambitieus wandel programma opgezet. Het weer was prachtig, dus reizen met de metro vond ik geen noodzaak. Met deze gedachte in mijn achterhoofd begaf ik mij richting het Filosofen Pad, een wandelroute met vele tempels. Just what Lena likes. Het culturele verlangen in mij werd perfect gestimuleerd.
Zo bekeek ik ook de Eikando Zenrin-ji, een tempel van de Jodo-sekte, die een prachtige pagode met een killerview had. Sakura bloeide volop langs het filosofenpad, en dit resulterende in het feit dat menig Japanner en toerist er volop voor ging poseren.
Ook kwam ik bij het Zilveren Paviljoen terecht, het broertje van zou ik zeggen, die zijn zilveren laag nooit heeft gekregen. Het was daar niet alleen een heksenketel, maar het stond in de steigers!
Ugh.. nadat ik wat Kyoto specialiteiten en een maccha-ijsje had ingeslagen ging ik eventjes in zon relaxen.
Soort van uitgerust ging ik richting Keizerlijk Paleis. Ik schat dat ik daar een uur over deed, het complex zelf was van gigantische proporties en ik voelde mijn kuiten verkrampen. Na wat in de zon gechillt te hebben besloot ik om weer richting Kawaramachi te gaan om te winkelen. Succes verzekerd, want ik heb een yukata gekocht! Yukata-verkoop is redelijk sneaky, want de grote toeristenvallen verkopen yukata voor 6000 yen en je krijgt er niet eens een obi of koordjes bij. Ik weigerde om in de val gelokt te worden, dus ging ik naar een klein winkeltje in een zijstraatje op zoek. Daar scoorde ik voor 2700 yen een pracht yukata, obi, koordjes en een tasje! Ik kon die avond wel sterven van geluk!
Net zo gelukkig als een klein kind met kerst besloot ik me richting hostel te begeven. Toen ik de lounge binnenkwam maakte ik al gauw kennis met Duitse Teresa, Nederlandse Peter en Australische Beau die naar de Kiyomizu-dera wilden, omdat het mooi verlicht zou zijn. Nadat ze vroegen of ik mee wilde stemde ik natuurlijk toe en had ik geniale plaatjes kunnen schieten vanaf mijn favoriete uitkijkpunt!
Terug in het hostel ging ik borrelen met Peter en nadat de meeste gasten in hun futon lagen te knorren kwam Kenji, de leuke Japannert die in het hostel werkt, met ons mee drinken. Terwijl hij steeds gezelliger werd van de whiskey die een gast had achtergelaten werden de gesprekken steeds leuker en zei die dat Reina-chan (ik dus) zou wakker komen maken als ik niet voor 10:30 beneden bij het ontbijt zou verschijnen. Ok ok.. ik zou gaan ganbatte ageru voor hem. Mijn best doen dus.
Ha! Ik zat al rond 10:15 de volgende ochtend aan de ontbijttafel en kreeg een heerlijke koffie en boterham (Kenji was ook zo schattig..). Op deze betreffende dag had ik met Timor en Kirsten op Kyoto-centraal afgesproken om naar de Fushi Inari Jinja te gaan. Nou had ik al het genoegen gehad om het met Rolf en Sander 's nachts te beklimmen, maar overdag heeft ook zijn charme, deshou?
Voordat Timor en Kirsten kwamen besloot ik naar het dak van Kyoto-station te gaan en te genieten van de killerview. Het station zelf oogt super futuristisch en heeft zelfs een helikopter landingsbaan op het dak!
Ondanks het killerview voelde ik een oude dansblessure opkomen. Mijn rechterknie deed echt te zeer en ik moest dadelijk ook nog eens talloze trappen gaan beklimmen.. maar ik zou de Inari Jinja trotseren! Mank of niet!
Na dat stukje schaamte kondigde Timor aan dat we 's avonds naar een Izakaya zouden gaan, omdat hij met een Japans vriendinnetje had afgesproken. Zij zou ons met drie anderen rond 18:30 in het centrum opwachten. Leek me harstikke gezellie, dus na enigszins mank de Inari Jinja te zijn afgelopen besloten wij bij een Starbucks in het centrum onze tijd te doden. Ik kocht een awesome Kyoto-edition mok!
Ik was eigenlijk op zoek naar een Yojiya-winkeltje in een Daimaru-warenhuis. Yojiya is een traditionele Japanse make-up lijn, alleen in Kyoto verkrijgbaar en mijn mama zou er erg gelukkig mee zijn. Leuk en aardig, maar heel lastig te vinden.. en ja puur toevallig spotte ik de vrouw die in een spiegel tuurt, het symbool van het merk! Yokatta!
maandag 23 maart 2009
Double B-day Bash, Bonen en ナンパ

donderdag 12 maart 2009
Yabei Okinawa; Nautische en Tropische Gevoelens
De Okinawa-reis zou een tweepersoons-trip zijn, omdat enkel Maaike en ik de interesse en de financiën hadden om maar het liefst zes dagen door te brengen op dit tropische eiland ten zuiden van Japan. We boekten onze vliegtickets een maand geleden en hadden het geluk dat onze heenvlucht 's ochtendsvroeg was en onze terugvlucht 's avond laat zou zijn. En 's ochtendsvroeg, betekent daadwerkelijk at the crack of dawn.. Nou was mijn slaapritme al enigszins off track, omdat ik telkens weer rond vieren naar bed ging en ergens in de middag opstond. Nou was het erge aan de dag voor vertrek dat ik nog samen met Rolf 'Slumdog Millionaire' tot drie uur 's nachts had zitten kijken en eigenlijk twee uur later moest opstaan, maar ik ben een bikkel met het volledige vertrouwen in mijzelf dat ik minstens een hele dag op mijn voetjes kon blijven staan. Met dit zelfvertrouwen stond ik daadwerkelijk om half vijf op en pakte nog wat dingetjes in. Een uur later vertrokken Maaike en ik richting bushalte en werden we nog uitgezwaaid door Glynis en Rolf.
Eenmaal op het vliegveld waren we een tikkeltje te vroeg en besloten we te chillen in de Starbucks. Eenmaal incheckt en wel konden we al gauw gaan boarden en na een redelijk spannende vlucht (ik kreeg zoveel hartkloppingen toen er voor de zoveelste keer turbulentie was) landden we al na anderhalf uur in Naha, de hoofdstad van Okinawa!
Dag 1: "Het hostel is ZO pauper, pauper de pauper en het stinkt naar voeten" en 国際通り
Nadat we onze tassen hadden geclaimd gingen we richting monorail, want Naha kent geen treinen of de metro; enkel een super hightech monorail dat men binnen een half uurtje van A naar B brengt. Het uitzicht was daadwerkelijk te genieten. De Amerikaanse gevechtsbases die in de verte te zien waren ook wel, want wist je dat Amerikaanse legerbases 40% van Okinawa beslaan? En omdat ik in het tweede semester van het tweede jaar in Leiden mijn sociologie paper over hoe afhankelijk Okinawa van deze bases is had geschreven wakkerde dit soort uitzichten instant mijn interesse aan.
Aangekomen bij onze halte ervaarden we al gauw onze eerste anticlimax: het regende als een malle! Toch wel balend, gingen we maar meteen op zoek naar ons hostel genaamd 'Base-Okinawa'. Met mijn geweldige kwaliteiten om de route te omschrijven en te navigeren kostte het wat tijd om het te vinden. Het hostel zelf was een jawdropping experience, want het werd gerund door leuke Japanse mannen die onze loodzware tassen naar onze dormitory sjouwden. Nadat ik die jongen een "tsuyoi desu ne" (wat ben je toch sterk ;) )toewierp, wuifde hij dit verlegen af en opende onze deur.
Ik hield mijn adem in.
Niet alleen was deze vierpersoonskamer even groot als mijn kamer hier, maar het dekbedovertrek leek meer op een zesmaanden oude theedoek en het kussen was een pittenzak, maar dan minus pitten en plus plastic vierkantjes. Ok, dacht ik bij mezelf, in het donker zie je geen details (ik wil een foute grap maken, maar doe maar niet) en we zouden hier toch alleen 's nachts zijn.. Echter, toen ik mijn huidige situatie prachtig wist te relativeren werd de badkamerdeur geopend. Te zien; een ongelooflijk ranzige vloer met als decoratie alle haarkleuren van de regenboog, een WC waar je de stop steeds op zijn plek moest zetten omdat het dan anders niet zou gevuld zou worden en soppige, smerige slippers die immiddels de voeten van iedere Okinawa-backpacker gezien hebben. Ah.. lame!
Na onze spullen gedropt te hebben besloten we de buurt te verkennen. Toen we een paar honderd meter verder liepen en op clubtitels zoals 'Cream' en 'Manzoku-city' (satisfaction city) stuitten, wisten we dat we niet helemaal goed zaten. We hadden ook wel honger, maar hadden het geluk om de meest geniale bentou-zaak van heel Naha tegen te komen! In dit kleine tentje, gerund door Chinezen, kon je je eigen bentou samenstellen. Mijn favorieten waren: gefrituurde tofu met hete saus, varkensvlees in zoet-zure saus en wat groenten met wat goddelijke saus. We kwamen hier tijdens onze Okinawa-week een stuk of vier a vijf keer. Het is alleen jammer dat we onze spaarkaart nooit vol zouden krijgen! ;_;
Na goddelijk te hebben gegeten gingen we meteen richting Kokusai-doori (internationale straat), een waar toeristisch toevluchtsoord bestaande uit souvernierzaken, ijssalons, fastfoodtentjes en foute kroegen zoals 'La Bamba'. Terwijl we in de regen rondslenterden ontdekten we ook een afgedekte winkelstraat genaamd Heiwa-doori (Vredesstraat) waar ik ongelooflijk last van een déjà-vu. (Hama no machi-replica). Nadat we door hadden wat de Okinawaanse meibutsu (specialiteiten) zijn; shiyou chinsukou, goya, benimo (zoute koekjes, een hele bittere komkommer, zoete aardappel) besloten we ijs te eten en langzamerhand terug te keren naar het hostel.Bijna aangekomen bij Base Okinawa stonden we oog in oog met een heus artificieel strand, aan een snelweg nota bene! We besloten met onze konbini-avondeten aan dit strand te zitten en te genieten van de prachtige.. snelweg.
Eenmaal in de gemeenschappelijke ruimte van het hostel had ik de neiging om naar het thuisfront te rapporteren, dus mailde ik Rolf de subtitel van deze paragraaf..
Dag 2: Monsterlijke eenden, de Okinawaanse man, 首里城(Shuri-kasteel)
Omdat Maaike en ik cultureel-verantwoorde dames zijn besloten we het prachtige, knalrode Shuri-kasteel te bezoeken. Na wat ontbijt bij onze nieuwgevonden liefde (het bentou-zaakje) gingen we met de monorail naar de andere kant van Naha. Al gauw vonden we een klein vijvertje en besloten daar wat plaatjes te schieten. Er was daar wel een overvloed aan eenden van monsterlijke proporties..
We bekeken het kasteel, een prachtige poort en hadden een ijsje gegeten onder het genot van een geweldig uitzicht.
Helemaal 満足 (content) gingen we wederom naar Kokusai-doori met een missie om Okinawa-soba te eten. We waren op zoek naar een specifiek tentje, maar konden die natuurlijk niet vinden, dus doken we een of ander klein zaakje in. Eenmaal binnen, raakten we aan de babbel met een gast en de eigenaar. Ik was voornamelijk geïnteresseerd in hoe Okinawanen over de Amerikanen hier dachten, want 40% van Okinawa is base en er lopen nou eenmaal veel yankees rond. Tot mijn verbazing vertelde meneer mij dat menig Okinawaan alles best vond, omdat hij subsidie van Tokyo kreeg. De toeristische kant van Okinawa vond hij prima, want dat brengt geld in de la en de Amerikaanse aanwezigheid vond hij wel allemaal best. Ik slurpte aan mijn soba met een opgetrokken wenkbrauw, want dat was niet de reactie die ik anticipeerde. Blijkbaar zijn er geen hard feelings naar de yanks toe. Ik generaliseer natuurlijk niet, want dit is enkel de mening van een willekeurige meneer in een soba-tent.
Na iets van anderhalf uur gebabbeld te hebben met deze twee heren kwamen Maaike en ik in de Starbucks terecht. Slurpend aan mijn koffie bekeek ik de Okinawaanse mannen die in grote getalen over straat liepen. Drie gedachtes spookten rond in mijn hoofd; 1) mijn god, hier zijn veel meer mannen dan vrouwen, ik moet oppassen dat ik geen bloedneus krijg! 2) mijn god, die gasten hier zijn zo veel langer, breder en gebronsder dan de hoofdeiland-Japanners. (Dat leg ik even uit; Okinawanen zijn o.a een mengelmoes van andere Aziatische landen) 3) mijn god, ze zijn hier niet schuw, maar durven naar Westerse vrouwen te kijken! (Dit dacht ik toen een voorbijganger naar me zwaaide. Dios mio..)
Dag 3: Historisch-verantwoord, Ronny de Ierse hooligan en Amerikaanse mini-mariniers
Waar ik al een tijdje voor zat the lobbyen was een bezoek aan het Vredesmuseum en Memorial Cornerstone of Peace. Dit grote park ligt ten Zuid-Oosten van Naha, dus redelijk ver weg, waardoor we een busritje moesten maken. Het regende op de dag zelf afschuwelijk, maar dit zou nooit te nimmer onze historisch-verantwoorde dag verpesten. Dus, de bikkels die we waren liepen door de regen naar het busstation. Onderweg werden we gewenkt door een taxi-chauffeur die ons wel soort van korting wilde geven. Nog iets specifieks Okinawaans, nergens in Japan heb ik zulke agressieve taxichauffeurs gezien. Ze rijden gewoon keihard naast je als ze merken dat je Naha niet helemaal begrijpt. Schurken! Maar aan de andere kant, Naha is nou eenmaal afhankelijk van de tertaire sector genaamd toerisme.
Toevallig waren we een beetje lui die dag, dus besloten we om met de taxi richting Zuid-Oosten te gaan. Het begon harder te regenen, daarmee werd ik gedwongen om 500 yen neer te leggen voor een crappy paraplu bij een of andere groenteboer. Nou, het moest maar.
In het Memorial Peace Park kon ik mijn ietwat frappante hobby uitoefenen; oorlogsmonumenten bekijken. Van Maaike mocht ik niet meer zeggen dat ik het leuk vond, maar dat ik het interessant vond. Dit probeer ik op de dag van vandaag mezelf aan te leren.
Het sombere weer weerspiegelde de hele atmosfeer rondom het Peace Park. De Pacifische Ocean dreunde woest tegen de rotsen waar we op stonden.
Uiteraard gingen we ook naar het museum. Ik ben blij dat ik ben geweest, want het was daadwerkelijk educatief; er werd ook gelukkig benadrukt hoe de gewone Okinawanen leden onder de oorlog. Dit werd voornamelijk weergegeven door de meest verdrietige, hartbrekende foto's.
Nadat we het museum hadden bekeken besloten we terug te keren naar Naha. Terug in het hostel kwamen we een bepaalde figuur tegen die we al op dag 1 hadden ontmoet. Die gozer is stereotype der stereotypen; een roodharige Ier die trots vertelde hoe lam hij wel niet op iedere dag van de week was. Laten we deze figuur Ronny noemen (nouja, eigenlijk heet hij ook zo..) en Ronny nodigde zichzelf uit voor eten, dus we namen hem mee naar een tentje vlakbij het hostel.
Hoewel Ronny als je standaard voetbalhooligan oogt heeft hij veel meegemaakt in Azië. Zo gaf hij Engelse les in China en maakte zelfs die recentelijke, grote aardbeving mee. In Japan woont hij in Osaka onder het mom van 'docent Engels' en nu vierde hij vakantie op Okinawa. Wat hij in Ierland voor beroep uitoefent? Hij is kok! Verder, die gast is ongelooflijk lomp, zo moest hij zijn Softbank prepaid kaart opladen, maar omdat hij geen woord Japans sprak vroeg hij of we even na het eten meeliepen naar de conbini. Onderweg zat hij te haten op Softbank en noemde het zelfs "Softwank", waar ik al een poos om moet giechelen.. Hoe dan ook, zijn ongeduldigheid toen het arme personeel zijn kaart opwaardeerde was een beetje beschamend en ik voelde dat ik me in het Japans moest veronderschuldigen voor zijn barbaarse gedrag. Toen hij vroeg of we met hem ladderzat wilden worden, hadden we zoiets van.. neh.. en loosden hem bij het hostel.
Heel ambitieus stonden we de volgende dag rond half 9 op, want vandaag stond een uitstapje naar het Noorden op de planning. Daar zou een leuke plek genaamd Ocean Expo Park zijn en we hadden wel zin om allerlei zeebeesten te bekijken. Zo zin dat we een drie uur durende busreis voor over hadden!
Voorzien van conbini-ontbijt gingen we naar de busterminal. De bus bracht ons naar het boerengat genaamd Nago, om daar over te stappen naar het park. Het zure was dat we heel erg van de laatste bus afhankelijk waren en als we die zouden missen zouden we tot in de eeuwigheid in the middle of nowhere gestrand zijn! Hoewel dat avontuurlijk klonk.. leek het me niet de leukste manier om de tijd door te brengen.. hoe dan ook, we hadden maar een miezerige twee uurtjes om in het park rond te lopen! Gaar!
Wel hadden we wat tijd om plaatjes bij de oceaan te schieten en wat zeebeesten te bekijken.
Tja.. toen moesten we de bus hebben. Beetje jammer, maar het regende tenminste amper!
Dag 5: Tropische regenbui en natte sokken!
Op advies van een dormitory-genote en omdat het ons awesome leek, wilden we plekken op een ferry naar het wonderschone eiland Zamami regelen. Het leek ons verstandig om uit te vissen waar de ferry vanaf vertrok en of het überhaupt door ging, gezien alle recentelijke regenbuien.
Enigszins met een omweg bereikten we Tomari-haven, gelukkig kregen we te horen dat er de volgende dag een ferry naar Zamami zou gaan en dat het weer flink zou opklaren. Dit was het enige lichtpuntje van de dag, want ik was zoo chagrijnig. We hadden nog niet ontbeten en we waren doorweekt! Het is een immens klotegevoel om door de straten van een onbekende stad te struinen terwijl het keihard op je neer regent en je crappy paraplu om het punt van sterven staat. Alles, maar dan ook alles was doorweekt. Ik heb gewoon vierentwintig uur lang op natte sokken gelopen! Damn it!
Na te hebben ontbeten bij onze favoriete bentouya besloten we helemaal niets te doen behalve shoppen en ijs eten!
In het winkelcentrum genaamd Ryubo ontdekten we heerlijke cakejes (tayaki). Ik had er een met maccha!
Wat een loze, zaad dag.
Dag 6: 座間味、leuke, intelligente mannen, pracht & praal~
Het weer was wonderschoon! Niets stond ons in de weg, omdat we eindelijk naar een werkelijk stuk paradijs in de Pacifische Oceaan zouden gaan! Onze ferry zou om 10 uur vertrekken en over een kleine twee uur op het eiland Zamami arriveren. Zamami is een van de grootste eilanden in de buurt bij Okinawa. Er zijn wel wat mensen, dus je zou het niet echt onbewoond kunnen noemen. De andere kleine eilandjes zijn dat wel en het lijkt me gewoonweg geniaal om er een keer naar toe te gaan.
Wij waren wederom tijdsafhankelijk en moesten al over een miezerige vier uur op de ferry zitten. Echt zonde, want ik heb nooit het genoegen gehad om op zo'n mooie plek te zijn en wilde er echt langer blijven. Hoe hartbrekend ook, shou ga nai.
Voor ons vertrek hadden we nog even schaafijs gegeten.
Goed en slecht nieuws op dag 7. Het goede nieuws was dat onze vlucht pas om 19:40 ging en het slechte was dat we terug moesten naar Nagasaki!
Vrouwen die we zijn.. het duurde wederom eventjes voordat we het hadden gevonden.
Er waren ook ruimtes waar soldaten staand moesten slapen, omdat er niet voldoende ruimte was.
De enige sneaky foto die ik van onze vriendelijke ijscoman durfde te nemen
Ik vond dat hij Yuuji moest heten en dat hij het liefst op slippers door de straten van Naha struint. Maaike vond hem meer een Kentaro die nog thuis woont met zijn ouders en katten. Ook doet hij aan yoga en heeft een excentrieke levensstijl. We zullen het jammer genoeg nooit weten..
Rond zessen moesten we het kloppend hart van Naha genaamd Kokusai-doori verlaten om met de monorail naar het vliegveld te gaan. Afscheid nemen deed een klein beetje zeer, want Okinawa is super tof.. afgezien van het feit dat het 5 van de 7 dagen regende. Terugkeren naar Nagasaki was vreemd, want het was er zo koud! Hoe dan ook, ik heb in de oceaan kunnen zwemmen, heb leuke kerels ontmoet, heerlijk ijs gegeten en mijn beeld van Amerikanen is enigszins veranderd. Wat goed allemaal!